Wij keken alle twee naar de blauwe hemel, de kale kastanjeboom aan wiens takken kleine druppeltjes schitterden, naar de meeuwen en de andere vogels die in hun scheervlucht wel van zilver leken. Dat alles ontroerde en pakte ons alle twee zo, dat we niet meer konden spreken. (...) `Zolang dit bestaat,' dacht ik, `en ik het mag beleven, deze zonneschijn, die hemel waar geen wolk aan is, zo lang kan ik niet treurig zijn.'
(Dagboek van Anne Frank, woensdag, 23 februari 1944)
bron: /Geschiedenis
Geen opmerkingen:
Een reactie posten